Paragrafen

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Het weerstandsvermogen bestaat volgens de regels uit de reservepositie, de onbenutte belastingcapaciteit, de post onvoorzien en de stille reserves.  

Het eigen vermogen in de vorm van reserves geeft het verschil aan tussen bezittingen minus schulden. De reserves geven weer welk deel van de totale bezittingen met eigen vermogen is gefinancierd. Een reserve betekent dus niet dat deze middelen op de bankrekening staan.

Investeringen worden gedeeltelijk met eigen vermogen en met vreemd vermogen gefinancierd. Over het deel dat met vreemd vermogen wordt gefinancierd moet rente worden betaald.

Eigen vermogen       x €1.000

2021

2022

2023

2024

2025

2026

Algemene reserve

14.697

19.257

18.572

19.442

21.988

22.988

Reserve grondexploitatie

5.386

5.809

6.115

6.177

6.204

6.204

Bestemmingsreserves

30.342

29.049

21.461

18.484

14.771

14.601

Exploitatieresultaat

5.344

3.463

3.887

6.597

10.049

11.612

Totaal

55.769

57.578

50.036

50.700

53.012

55.406

 
Eind 2023 bedraagt het aandeel van het eigen vermogen in het totale vermogen (de solvabiliteitsratio) 32%..Het grootste deel van ons vermogen is dus extern gefinancierd. Eind 2023 is er ruim € 50 miljoen aan reserves beschikbaar. Hiervan betreft circa € 21 miljoen bestemmingsreserves.
De toename van de reserves ten opzichte van de vorige begroting is veroorzaakt door de uitgestelde betalingen aan PHS en een meerjarig positief begrotingssaldo. Dit heeft een direct gevolg voor de ontwikkeling van de solvabiliteitspositie.

De verkoop van vastgoed is grotendeels bestemd voor de bestemmingsreserve Rijksinfra. Een ander deel is op basis van eerdere raadsbesluiten gereserveerd voor de bestemmingsreserve Accommodatiebeleid, de bestemmingsreserve Moleneindplein en de Algemene reserve.

Weerstandsvermogen
In het kader van het weerstandsvermogen vormt vooral de algemene reserve de buffer voor het opvangen van de (toekomstige) risico’s. De verwachte ontwikkeling van de algemene reserve ziet er als volgt uit:

Algemene reserve          (x € 1.000)

Saldo 31-12-2021

14.697

Bestemming jaarresultaat 2021

4.055

Mutaties 2022

Verbetering financiële positie

600

Mobiliteitsvisie

-50

Zon- en windbeleid

-45

Gerealiseerd saldo eind 2022

19.257

Mutaties begroot na 2022

Frictiekosten Omgevingswet

-240

Verhuiskosten Zuiderbos

-50

Verbetering financiële positie

4.000

Zon- en windbeleid

-105

Verkoop Pepereind

126

Vorming reserve verduurzaming gemeentelijke gebouwen

-1.000

Vorming Fonds Lokale solidariteit

-500

Terugstorting in Algemene reserve

1.500

Verwachte saldi 2023-2026

pm

Nog besteedbaar

22.988

Aan te houden buffer                (bedragen x 1.000)

Buffer 20% uitkeringen gemeentefonds

11.175

20 % Algemene, decentralisatie en integratie uitkeringen 

Totaal aan te houden buffer 

11.175

Vrije ruimte

11.813

De algemene reserve en bestemmingsreserves zijn geen geld. Voor het betalen van investeringen of het doen van exploitatie uitgaven moet er geld op de bankrekening staan of worden geleend. Ook als deze uitgaven worden gedekt uit reserves. Aanwending van de reserves heeft dan ook negatieve gevolgen voor de rentelasten.  

Wel is het mogelijk om investeringen ten laste van de reserves af te schrijven zodat de toekomstige exploitatie niet met afschrijvingslasten wordt belast. Ook (incidentele) exploitatielasten kunnen met een bijdrage uit de reserves worden gedekt waardoor ze per saldo niet ten laste van het jaarresultaat komen. De algemene reserve kan dus dienen om incidentele tegenvallers te dekken. In dit kader wordt een minimum niveau aangehouden voor de algemene reserve voor de dekking van onverwachte tegenvallers. Hoe hoog dit niveau moet zijn is onderdeel van bestuurlijke afweging.

We hanteren de Ratio-exploitatie voor deze afweging:  
Bij de  ratio exploitatie  wordt de benodigde weerstandscapaciteit gerelateerd aan de (te) ontvangen uitkeringen uit het gemeentefonds.
De omvang van de exploitatie is mede bepalend voor de risico's die we lopen. Om dit in beeld te brengen hanteren we als norm voor de benodigde weerstandscapaciteit 20% van de te ontvangen uitkeringen uit het gemeentefonds.

Beschikbare weerstandsvermogen

Het beschikbare weerstandsvermogen bestaande uit het niet bestemde saldo van de algemene reserve is berekend op € 22,98 miljoen. (Dit is ± € 720 per inwoner).

Uitkomst risicoratio op basis van de exploitatie

In de begroting 2023  is een bedrag van € 55,87 miljoen aan uitkeringen uit het gemeentefonds opgenomen 20% hiervan is € 11,1 miljoen.
De ratio exploitatie-omvang komt daarmee uit op 2,07 en wordt als ruim voldoende aangemerkt. Voor deze ratio willen we minimaal een voldoende scoren op basis van onderstaande tabel.

Ratio

Betekenis

> 1,2

ruim voldoende

1 – 1,2

voldoende

< 1,0

onvoldoende

Normering van de ratio vormt een goed hulpmiddel om de inzet van de algemene middelen te begrenzen.

Deze pagina is gebouwd op 10/31/2022 12:01:07 met de export van 10/31/2022 09:54:20